Whore of BabylonUit mijn tijd als muskusrattenbestrijder herinner ik me, dat als teveel van die dieren op een kluitje leefden, de jongste mannetjes (rammen) erop uit trokken en probeerden jonge moertjes mee te krijgen, op zoek naar een nieuw territorium voor zichzelf en het exponentieel toenemende nageslacht.

 

Wanneer ik naar grote steden kijk, dan zie ik iets soortgelijks, alleen blijven mensen daar op een kluitje zitten en worden langzaam maar zeker waanzinnig.

Ik bedacht ook dat in nogal wat religieuze mythen grote steden nogal eens in een kwaad daglicht stonden (denk aan: "de hoer (van) Babylon" en dergelijke kwalificaties) en dat sommige communistische figuren (Mao, Pol Pot) meenden, dat een pastoraal/agrarische levensstijl gezond voor lichaam en geest was.

Nu wil ik geenszins hun aanpak loven, maar ik vraag me onderhand af of de grootstedelijke bevolkingsdichtheid en de razendsnelle verspreiding van ideeën, drugs, criminaliteit en losse zeden ons onderhand niet in de staart bijt. Het gehate postmodernisme kon immers ook in de linkse broeikas van Parijs ontkiemen en tot volle bloei komen.

Ik vermoed dat grote steden ook iets met de menselijke geest doen. Men krijgt om te beginnen een verwrongen beeld van de werkelijkheid, te beginnen met de idee dat de stad het centrum van het universum is en dat daarbuiten een zinledig vacuüm bestaat. We zien ook de verruwing van omgangsvormen (taxichauffeurs in New York behoren tot de meest agressieve figuren met een overmaat aan hart- en vaatziekten, naar verluidt ook door de frustratie van de permanente verkeerscongestie).

Mensen zijn in de kern sociale wezens

Mensen zijn in de kern sociale wezens, maar de stad tast dat aan. In Rotterdam heb ik menigmaal gezien dat niemand in de tram opstond voor een oude dame of dat iemand die met een hartinfarct op de Coolsingel neerviel, door niemand werd geholpen en niemand een ambulance belde. Toen ik als provinciaaltje in de stad was komen wonen en mensen op straat groette, wel eens een deur voor iemand openhield - zoals in de provincie gebruikelijk is – keken mensen me aan of ik geschift was. Een praatje maken met iemand in de metro of bij de bushalte? Het standaardantwoord was ofwel een nurks zwijgen en negeren of de opmerking: “Mot je'n knal, idioot? Pleurt op!"

Steden zijn ook een schuilplaats waar mensen van gelijke gezindte elkaar ongezien kunnen treffen en zelden met de realiteit worden geconfronteerd: men kan in volledige anonimiteit onderduiken en de meest waanzinnige ideeën de vrije loop laten.

Mensen zijn sociale wezens, maar niet op de schaal van grote steden

Mensen zijn sociale wezens, maar niet op de schaal van grote steden: zonder persoonlijke herkenbaarheid verdwijnt een stuk van ons normenkader, worden de anderen onpersoonlijke nummertjes en alleen maar mogelijke hinderpalen ofwel lieden die men zoveel mogelijk moet uitbuiten.

Grote steden lijken juist het tegendeel van ‘sociaal’ in mensen naar boven te halen. Ze zijn een paar maten te groot voor onze op familie- of stamverband ingerichte geesten. Tel daarbij dat die stamverbanden - zeker in de grote steden - tot een homeopathisch verdunde tinctuur is verworden. Had men vroeger nog echte Amsterdammers/Rotterdammers, etc. die in de binnensteden woonden, ze zijn verdreven naar de ontzielde buitenwijken of verder en vervangen door horden allochtonen, studenten, overbetaalde yuppies, winkels en wolkenkrabbers. De stad is ingenomen door mensen die van buiten komen en denken dat zij er de dienst mogen uitmaken. En dat is de zoveelste slag voor de sociale cohesie.

Een giftige mix van anarchisme of onverschilligheid

Die nieuwkomers zorgen tenslotte voor een giftige mix van militant anarchisme of volslagen onverschilligheid. De stad is kortom geen smeltkroes, maar een hogedrukketel die entropie bewerkstelligt.

Kijk naar Seattle, ooit een prachtig stad met een trotse en gematigde bevolking die warme banden met Canada (Vancouver) onderhield, die nu is ingenomen door yuppies uit Silicon Valley, grote techbedrijven, een breed palet aan etniciteiten, en illegale economische migranten, etc.

Zouden de oorspronkelijke bewoners van Seattle het nog voor het zeggen hebben en het gemeentebestuur zijn oor niet naar de vastgoedmagnaten en werkverschaffers hebben laten hangen, dan was er een kleine kans geweest dat nieuwkomers zich aan de oorspronkelijke inwoners hadden aangepast. Maar de nieuwkomers gedragen zich als koekoeksjongen en drukken iedereen het nest uit (het lijkt zowaar op hetgeen de Walen in Brussel hebben geflikt) en eisen vervolgens op hoge toon, dat de stad zich naar hun grillen schikt.

Dit is geen Amerikaans probleem, het is een probleem van de urbanisatie waar wij ook al mee te maken hebben - zij het in iets minder extreme vorm want kleinere steden en alles gebeurt hier volgens Voltaire vijf jaar later - en dat zal zich hier binnenkort ook manifesteren.

Opeens klinken die Chinese begrippen als heropvoedingskampen, een-kind-politiek, staatgeleid onderwijs onder streng toezicht van de Volkspartij der Dwarsliggers, sinificatie (of assimilatie) allemaal niet zo gek meer. Als mensen zich toch idioot gedragen, dan kan men er beter nuttige idioten van maken. En blijft de vrijheid (en verantwoordelijkheid) voorbehouden aan mensen die hebben aangetoond over verstand, geweten en verdienste te beschikken. Een meritocratie avant la lettre.

Nu hebben we dat alleen in naam (mensen met veel geld op de bank moeten wel over die kwalificaties beschikken, zo is de gedachte), maar dat blijkt in de praktijk ook heel erg tegen te vallen. Omdat men in de huidige tijd vooral moet kunnen verkopen en daarvoor is enkel een rappe tong, goed ellebogenwerk en een tamelijk inhoudsloos geweten nodig. Ja, dan gaan ooit schitterende steden, hele landen of een heel volk vanzelf naar de kloten.

 

Uw Dwarsligger