Deel 2: Het IPCC en CO2
Gastauteur Dr. ir. Eric Blondeel: Deze bijdrage is beperkt tot het IPCC en de discussie over de klimaatopwarming.
Het klimaat warmt momenteel wel degelijk op: het is al altijd in beweging geweest. Dat is voor een goed deel verklaarbaar door astronomische oorzaken, en op kortere termijn vooral door de wisselende activiteit van de zon. Sommige, vooral NGO’s, media en politiek, beweren echter, in navolging van de foutieve interpretatie van het IPCC, dat die temperatuursverhoging uitsluitend veroorzaakt wordt door antropogene CO2 dat wij mensen bij de verbranding van fossiele energiedragers produceren. De klimaatopwarming zou volgens het IPCC, ook daarin weer gevolgd door de meerderheid van media en politiek, voorspelbaar en ook door de mens, via de CO2-emissie, in beide richtingen stuurbaar zijn (de CO2 regelknop).
Onze bedoeling is de achtergronden van deze discussie te belichten en daarbij de processen, motieven en besluitvorming binnen het IPCC, zowel als de wetenschappelijke merites van de argumenten die het IPCC aanvoert, kritisch tegen het licht te houden.
Het IPCC is een Politiek Orgaan
Uitlatingen uit de omgeving van het IPCC suggereren dat die organisatie een verborgen agenda nastreeft. Wat we zagen gebeuren bij COP21 (de klimaatconferentie van Parijs) ondersteunt dat vermoeden nog. Soms wordt het zelfs gewoon zichtbaar. Tom Wirth, een lid van de IPCC Task Force, liet ooit met verrassende duidelijkheid uitschijnen dat de “bezorgdheid” over CO2 en temperatuurstijging slechts een dekmantel voor politieke doelen is.
Het Klimaatmodel is een schoolvoorbeeld van groepsdenken met sterke religieuze kenmerken. De uitgangspunten worden experimenteel tegengesproken. De bewering dat het klimaat op hol zou kunnen slaan, of dat zelfs nu al doet – volgens de klimaatmodellen: de temperatuurregistraties tonen dit niet aan – is het gevolg van een circulaire redenering die oorzaak en gevolg verwisselt.
Het IPCC is een politiek orgaan dat de wetenschap voor zijn eigen doeleinden gebruikt. De uitgangspunten van het rond CO2 opgebouwd klimaatmodel zijn wetenschappelijk en feitelijk fout waardoor de voorspellingen in de laatste 20 jaar dan ook nooit uitgekomen zijn. Veel wetenschappelijke onderzoeksresultaten tonen een zeer geringe, zelfs verwaarloosbare gevoeligheid van het klimaat voor de toename van de CO2-concentratie. Het klimaatmodel levert zonder inrekening van CO2-toename een temperatuurverloop overeenkomend met de gemeten temperatuur. Daar die CO2-toename er wel degelijk is, zonder ernstige stijging van de gemeten temperaturen, wordt hierdoor aangetoond dat er geen wetenschappelijke basis is voor een door CO2 veroorzaakte klimaatopwarming laat staan voor een catastrofe. Desondanks wordt dit model - met hoge CO2-gevoeligheid – nog steeds gebruikt voor de besluitvorming, en nu ook voor de alarmerende oproepen in voorbereiding van de COP24 (de klimaatconferentie in Katowice, december 2018), en om de mensheid gewoon schrik aan te jagen (opeenvolgende gefaalde voorspellingen zelfs apocalyptisch). Topwetenschappers klagen de vooringenomenheid en selectiviteit van IPCC publicaties aan.
Het IPCC en Zelfbehoud
Het IPCC is het orgaan dat het UNFCCC (United Nations Framework Convention on Climate Change) wetenschappelijk zou moeten ondersteunen. Het UNFCCC patroneert de COP-conferenties (Conference Of Parties). Prof. Judith Curry, die voorzitter van School of Earth and Atmospheric Sciences at the Georgia Institute of Technology was, bekijkt dat een beetje kritisch. Curry schrijft blz.12.“Door het UN-mandaat focust het IPCC op menselijke klimaatinvloed en daardoor ontstaat een conflict, want als het IPCC vaststelt dat die invloed er niet is of niet gevaarlijk is, dan is er geen UNFCCC-bestaansrecht”. Ook om zichzelf, en de daarbij horende cashflow, in stand te houden moet het IPCC wel beweren wat het beweert.
Het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) is een organisatie van de Verenigde Naties, opgericht in 1988 binnen de schoot van het United Nations Environmental Programme (UNEP) en de Wereld Meteorologische Organisatie (WMO). Deze groep deskundigen wil verslag uitbrengen over de stand van zaken betreffende de wetenschappelijke kennis over de evolutie van het wereldklimaat, de gevolgen ervan en de middelen om de klimaatverandering te beperken. Het IPCC beweert tegelijk een wetenschappelijk en intergouvernementeel orgaan te zijn: het mengt wetenschap met politiek en deze laatste is dominant. Volgens Laframboise is het een politiek orgaan dat wetenschap onderschikt maakt aan zijn politieke visie, tevens een blauwdruk voor expansie zoals het GGGI, strijdig met de VS integriteitsregels.
Het IPCC schrijf- en reviewproces is een schoolvoorbeeld van hoe wetenschap overgaat in politiek. De fundamentele afwijkingen zijn origineel ingebakken. In onderstaande figuur is de wetenschap enkel het blauwe deel.
In deel 1 werd al aangetoond dat IPCC-groepsdenken cultiveert. Zie Booker.
Is er een ‘hoger’ doel?
Dat vermoeden ligt voor de hand als men aandachtig volgt wat het IPCC-leiderschap zoal verkondigt. Bekijken we enkele citaten:
Maurice Strong (bezieler van IPCC- UN conferentie RIO) schreef in 1979 in het National Review Magazine: “Frankly, we may get to the point where the only way of saving the world will be for industrial civilization to collapse” of “What if a small group of world leaders were to conclude that the principal risk to the Earth comes from the actions of the rich countries?... In order to save the planet, the group decides: Isn't the only hope for the planet that the industrialized civilizations collapse? Isn't it our responsibility to bring that about?”
Christina Figueras, executive secretary UNEP, voorheen UNFCCC “This is the first time in the history of mankind that we are setting ourselves the task of intentionally, within a defined period of time to change the economic development model that has been reigning for at least 150 years, since the industrial revolution” en “This is probably the most difficult task we have ever given ourselves, which is to intentionally transform the economic development model for the first time in human history.”
Otmar Edenhofer IPCC co-chair: “we redistribute de facto the world’s wealth by climate policy…..One has to free oneself from the illusion that international climate policy is environmental policy. This has almost nothing to do with environmental policy anymore….”
Timothy Wirth, IPCC task force, VS senator (Democrat), UN Foundation, zei met een ontwapenende eerlijkheid: “We’ve got to ride this global warming issue. Even if the theory of global warming is wrong, we will be doing the right thing in terms of economic and environmental policy.”
Het heeft er alle schijn van dat voor de IPCC-agenda het klimaat en vooral CO2 een dekmantel voor de vernietiging van kapitalisme en tegelijkertijd van de democratie is. Figueras zegt: “China is also able to implement policies because its political system avoids some of the legislative hurdles seen in countries including the U.S.”. IPCC-leiders willen klimaat gebruiken voor het wereldwijd installeren van een centraal UN gepland en gecontroleerd economisch systeem. COP 21 (Parijs) gaat in die richting. Een rapport ter voorbereiding van de in Katowice geplande COP 24 mist ernst.
Bij die uitspraken en indicaties hoeft men toch niet paranoïde te zijn om hier een verborgen agenda te zien.
Is het wetenschap of groepsdenken?
Wetenschap heeft twee hoofddisciplines, de theoretische en de experimentele wetenschap. Einstein heeft ooit verklaard dat oneindig veel resultaten die een hypothese bevestigen geen absoluut bewijs zijn van juistheid daarvan, maar dat slechts één negatief experiment volstaat voor verwerping van een theorie (zie ook Popper). Wetenschappers hebben dan ook een bijzondere interesse voor feiten die de hypothese ontkrachten en minder voor feiten die ze bevestigen. Het meest betekenisvol zijn meetresultaten (experimenten). Een wetenschapper is per definitie een scepticus, een “advocaat van de duivel”, en dit geldt ook voor milieuwetenschappen. Waar haalt het IPCC de gedachte om een gedreven wetenschapper een klimaatontkenner en zelfs een misdadiger te noemen?
Dit kritisch denken wil het IPCC niet. Het is voorstander van de “consensuswetenschap” maar consensus is politiek en geen wetenschap, consensuswetenschap kan nooit wetenschap zijn. Men kan de juistheid van een hypothese nooit per afstemming aantonen, zelfs als het – in tegenstelling tot de praktijk van het IPCC – om een faire niet gemanipuleerde afstemming zou gaan.
Het IPCC theoretisch klimaatmodel is een 1-2-3 model
-
De aarde warmt snel op door stijgende broeikasgas concentratie.
-
Die stijging is voor minstens de helft door antropogeen CO2 als broeikasgas te verklaren.
-
Die opwarming is catastrofaal (op basis van hun klimaatmodellen; niet op basis van de metingen)
Deze redenering bevat twee cruciale elementen namelijk broeikasgas werking en klimaatmodel.
De experimentele wetenschap levert vier bijdragen: Wood (1909) Pratt (2009),Nahle (2011) en Berkeley(1989) die broeikasgaswerking als infrarood scherm in het IPCC model (i) ontkrachten, en één van Dr Hug (1998) die experimenteel aantoont dat de CO2-absorptie (ii) hoofdzakelijk op korte afstanden, dus in de directe nabijheid van de aardoppervlakte, plaatsgrijpt en bijgevolg niet beperkt is tot de hogere luchtlagen zoals het IPCC-model beschrijft. Bovendien toont het werk van Dr. Hug dat er een saturatie-effect is. Vanaf een bepaalde CO2-concentratie heeft een verdere verhoging slechts een zeer geringe, bijna verwaarloosbare invloed. Eigenlijk had men dat vanuit de wet van Lambert Beer ook al kunnen weten, maar nog eens precies nameten is natuurlijk altijd beter.
De onderwaardering van waterdamp in het klimaatmodel is volkomen onbegrijpelijk. De concentratie aan waterdamp is soms tot bijna 100 maal hoger dan het CO2-gehalte en waterdamp toont een veel breder absorptiespectrum dan CO2 en overlapt dat laatste, waardoor waterdamp een honderden malen effectiever ‘broeikasgas’ is dan CO2.Van de andere kant leidt waterdamp tot de vorming van wolken die, met hun hoog albedo, aanzienlijke hoeveelheden energie terug naar de ruimte reflecteren en via verdamping en condensatie enorme warmtehoeveelheden van het aardoppervlak naar de atmosfeer voeren. Het IPCC miskent de rol van waterdamp grotendeels door waterdamp niet als een broeikasgas en wolkenvormer te behandelen maar enkel als een versterkingsfactor voor CO2.
De pijlers van het IPCC-klimaatmodel zijn onderuit gehaald door de boven vermelde experimenten. Volgens Einstein, Popper en… het gezond verstand zou één daarvan volstaan om de hypothese af te wijzen. Bovendien is er dan ook nog de ongeoorloofde manipulatie van de sterke waterdampeffecten.
Het IPCC-model is het resultaat van groepsdenken, een consensuswetenschap en daardoor… pseudowetenschap. Enkel op die manier kunnen experimenten waar men wetenschappelijk niet naast kan kijken eenvoudig begraven worden. De door het IPCC gebruikte methoden zijn:
-
Een strikt bureaucratisch systeem, dat de agenda’s van de wetenschappers vooraf vastlegt en hen alle vrijheid ontneemt.
-
De “wetenschappers“ worden door de landen (politiek) voorgesteld wat geen kwaliteit garandeert. De groepsleiders (lead authors) krijgen grote macht en worden veelal aangeduid op basis van loyaliteit. De wetenschap wordt subjectief. Daarom zijn prof. Lindzen en vele anderen uit het IPCC gestapt. De sessies representeren zogezegd “the latest science”. De wetenschap zit zwaar in de problemen.
-
Er is geen neutrale basis. Auteurs van bijdragen vormen “klieken” zoals beschreven in het Wegman-rapport van het US Congres, kiezen de bijdragen (cherry picking) en schrijven de rapporten.
-
De voorlaatste stap in het proces is de SPM (Summary for Policy Makers) die door politieke afgevaardigden uit de diverse landen wordt vastgelegd met ngo’s als “approved observer”.
-
Het wetenschappelijk einddocument is niet onafhankelijk maar gebonden aan de SPM. Wetenschap wordt ondergeschikt aan politiek wat volgt uit het doel van deze vergadering: doc. 16 gevolgd door doc. 17 op dezelfde bladzijde zegt: “Changes to the Underlying Scientific-Technical Assessment to ensure consistency with the approved Summary for Policy makers”; de wetenschappelijke teksten worden ” in lijn gebracht “ met de politieke standpunten. Het gaat hier over honderden pagina’s, en een proces dat weken in beslag neemt. We zien hier een duidelijk bewijs van pseudowetenschap gebaseerd op politiek.
-
Aanbevelingen zoals die uit het Wegmanrapport, dat in opdracht van het VS Congres de “Hockey-stick-controverse” onderzocht, worden niet gevolgd.
-
Overleg met andere visies wordt vermeden of verboden, waardoor tegenstrijdigheden niet hoeven uitgeklaard te worden maar afgedaan met “de wetenschap heeft gesproken”, “The Science has settled”of “ 97% wetenschappers” ondersteunen dit (hoewel bij dit laatste grote vraagtekens blijven). Of “de grens is overschreden, handelen is geboden, praten is tijdverlies en maakt het erger”. Paltridge beschrijft de vier vragen rond klimaatverandering. Interessant is de passage op blz.9 die beschrijft hoe CSISRO volledig consequent, gezien de bewering “science has settled”, in 2016 overwoog de beschikbare middelen weg van het dure klimaatonderzoek – waar sowieso alles gekend en opgelost zou zijn – om te leiden naar gebieden waar de industrie van had kunnen profiteren. Er kwam een hevige reactie van de internationale klimaatgemeenschap. Waarom? Is de “science” nu ineens toch niet “settled”? Of maakt de “science” niets uit en moesten cashflow en postjes blijven? Een van die twee moet het geweest zijn.
-
Het IPCC heeft nog steeds geen procedures tegen misbruik ingevoerd, ondanks de vele (in totaal 94)schandalen zoals climate gate ,Himalayagate, amazongate, hockey stick.
Afscheid van de wetenschap?
De wetenschap heeft zich, sinds de verlichting, altijd aan de wetenschappelijke principes gehouden en zocht middelen om die zuiverheid te verankeren bijvoorbeeld door “peer review”. Tevens werd wetenschapsmisbruik als een misdaad bestempeld.
Eind vorige eeuw werden deze waarden (onbewust?) prijsgegeven en daarmee ook de geloofwaardigheid van de wetenschap. Dit gebeurt veelal in de vorm van de misinterpretatie van een correlatie als causaliteit. Dat laatste is gemeengoed geworden in de media. Een simplistisch voorbeeld maakt duidelijk hoe dit werkt. Omdat de meeste kankerpatiënten een dokter bezoeken, bestaat er wel degelijk een aantoonbare correlatie tussen kanker en doktersbezoek. Geen zinnig mens zal dit interpreteren als “dokters bezoeken zijn de oorzaak van kanker”, want causaliteit voert wel tot correlatie, maar correlatie betekent nog lang geen causaliteit. Zo duidelijk als dit voorbeeld ook mag schijnen, de gevallen waarbij tegen deze toch wel zeer eenvoudige logica gezondigd wordt, zijn legio. We vinden ze in onze media vooral in verband met “lifestylestudies” overvloedig. Hoe jammer we het ook mogen vinden, veel van wat over het klimaat bericht wordt, hoort ook in die rubriek ‘lifestyle’ thuis. Het is overduidelijk dat het IPCC zich bewust is van deze in de maatschappij levende redeneringsfout en dat weten effectief bij zijn communicatie inzet.
Hoe komen ze weg met een dergelijke aberratie? (bijvoorbeeld in Climate gate)
-
Het gebrek aan kennis en/of aan correcte toepassing van wetenschappelijke methoden. Het is bekend, via de internationale rankings, dat de opleidingen in kwaliteit achteruitgaan ten voordele van welbevinden. Onderwijs evolueert naar zorg en verzorging.
-
Strikte toepassing van methoden en processen wordt niet meer aangeleerd, benadrukt of geëist. Discipline is een verdacht begrip geworden.
-
Gebrek aan ethiek, het doel heiligt de middelen.
-
Bereidheid om alles te laten vallen voor geld.
-
Meewerken aan een politieke agenda of het daarvoor exploiteren van wetenschap.
-
Niet wetenschap maar carrière als doelstelling plaatsen.
-
Gevangen worden in groepsdenken naarmate het proces vordert.
-
Wetenschappers die zichzelf niet in vraag stellen als het fout gaat.
Essentieel aan wetenschap is het voortschrijdend inzicht waarbij literatuur dominant is als medium voor kennisoverdracht. De betrouwbaarheid van een publicatie wordt in principe versterkt door “peerreview”. In 1967 gestart in de VS als “a form of review of competence by others in the same occupation”, bij voorkeur zonder vermelding van de schrijver(s). Uiteraard is uitsluitend steunen op peerreview al de tweede beste oplossing. We mogen van iemand met een soliede wetenschappelijke opleiding best wel verwachten dat hij in staat is ook zelfstandig tot een gefundeerd oordeel over een publicatie te komen. Maar ook met die “tweede beste” oplossing, peerreview, zit de wetenschap in problemen.
Het IPCC beweert zich te baseren op peerreview literatuur maar een analyse door Laframboise spreekt dit tegen, er wordt ook “grijze” en zelfs niet gepubliceerde informatie gebruikt. In het geval van AR4 (vierde evaluatierapport) zijn de bezwaren opgelijst en besproken. Dit maakt het IPCC wetenschappelijk ongeloofwaardig.
Het IPCC zet in op modellen en negeert de waarnemingen, maar beide zijn verbonden. Klimaatmodellen zijn nuttig voor de fenomeenstudie maar onbruikbaar voor voorspellingen op lange termijn, vooral bij een ingewikkeld, zelfs kwalitatief onvolledig begrepen, probleem als klimaat.
Het Wegman rapport (VS Congres) vermeldt kliekvorming met peer review binnen de groep voor eigen gewin.
De toenemende meldingen van onbetrouwbaarheid bij wetenschappelijke publicaties inclusief peerreview zijn in ieder opzicht zeer spijtig. Forbes heeft het bij klimaat wetenschappen over “pal review”(vriendjes review). Maar er is algemeen ook sprake van politiek gemotiveerde wetenschap , gefabriceerde peerreview, en zelfs computer gegenereerde artikels inclusief peerreview . Climate gate (CRU) toonde een nog verdere negatieve evolutie met echte netwerken voor manipulatie en het laten verdwijnen van originele gegevens, en bovendien selectieve weigering van gegevensoverdracht naar andere onderzoekers. De “Hockeystick” is een geval van manipulatie van temperatuurgegevens. Net zoals bij CRU, werd daar de vrijgave van originele data geweigerd, zelfs na een gerechtelijke beslissing daarover. De klimaatlobby, terend op belastinggeld, rekent er blijkbaar – terecht – op dat zijn tegenstanders de middelen voor langdurige processen niet hebben. IPCC-experten missen ondertussen geloofwaardigheid.
De manipulaties zijn de oorzaak van frustraties en zelfs terugtrekking van topwetenschappers uit de IPCC. De drie open brieven van een klokkenluider gericht aan de Australische vertegenwoordiger in 2009 en 2012 deel1 en deel2 geven duidelijk aan welke wantoestanden bij het IPCC voorkomen. Naast de genoemde bureaucratie is er de politieke invloed via ngo’s, zo hield de Belgische vertegenwoordiger en lead author ook de pen in Greenpeace.
Als gevolg van de onwetenschappelijke behandeling en het gebrek aan wetenschappelijke ernst lieten sommige topwetenschappers zich horen. Prompt werden die afgeschilderd als misdadigers die de redding van de mensheid in gevaar brengen. Dit leidt tot opsplitsing van de maatschappij in klimaat activist, klimaatontkenner en twijfelaar (“lukewarmer”), dus polarisatie. Over dit maatschappelijk schisma hebben de Dwarsliggers een artikel gepubliceerd.
Dat de aarde opwarmt (iii) is momenteel nog steeds correct, toch minstens voor het noordelijk deel, (een “scepticus” zal dit niet tegenspreken) maar de evolutie is wel traag ( 0,6 à 1,3°C/100 jaar) ten opzichte van de IPCC-prognoses en is gedurende de laatste 15 jaar bijna stilgevallen. Het IPCC doet dit af als “pauze” of “hiatus”: het model is niet fout, wel het klimaat. Maar als de aarde weigert aan het IPCC te gehoorzamen, dan rest nog altijd manipulatie. 120 publicaties voorspellen zelfs een koeling. Het IPCC- probleem is een foutief klimaatberekeningsmodel.
Voor de grondige behandeling van het IPCC-model wordt o.a. naar Gerlich verwezen.
Hier een kleine bloemlezing uit de vele punten waarin men de IPCC-modellen moet bekritiseren.
-
Uitgangspunten niet geverifieerd en experimenteel tegengesproken.
-
Ongeoorloofde vereenvoudiging (o.a. de aarde wordt opgevat als een stilstaande platte schijf, uniform bestraald)
-
Strijdig met de wetten van de thermodynamica (IPCC beweert globaal (?) correct te zijn, hoe kan dat?).
-
Foutief gebruik van de stralingswetten, verwarring tussen energie en temperatuur.
-
Het fysisch schema en de wiskundige vertaling daarvan stemmen niet overeen.
-
De klimaatmodellen zijn onvoldoende getoetst aan het verleden om realistisch te kunnen zijn naar de toekomst toe. Bijvoorbeeld Fig9.10 van het IPCC waar vanaf 50 jaar terug in de tijd zelfs per decada de gemeten waarde buiten de 5- 95% betrouwbaarheidsgrenzen van het model valt. Desondanks doet men voorspellingen tot het jaar 2100. Het “tipping point” is al vele malen overschreden zonder effect.
-
Fysische problemen met de invloed van CO2 in de atmosfeer (iv) zijn:
-
In fysische systemen ijlt het gevolg altijd na op de oorzaak. Metingen op de ijskern-boringen en de huidige atmosfeer leveren altijd een na-ijlen van de CO2 op de temperatuur. Bijgevolg kan CO2 nooit de oorzaak zijn van temperatuurstijging. Het omgekeerde moet het geval zijn. Dat mechanisme is bovendien goed bekend en eenvoudig verklaarbaar (Temperatuurafhankelijkheid van de Henry-constante).
-
Het waterdampgehalte in de atmosfeer is tot 80 maal hoger dan CO2 en 1500 maal hoger dan antropogeen CO2. De infraroodabsorptie van water is veel breder en overlapt die van CO2. Water kan in de lucht als vloeistof of ijs voorkomen, door verdamping wordt veel warmte van de oppervlakte naar de atmosfeer getransporteerd. Desondanks wordt waterdamp in het IPCC-klimaatmodel niet als broeikasgas maar als versterkingsfactor voor CO2 gebruikt. Onder andere hierdoor kan CO2 een overdreven gewicht krijgen in het klimaatmodel.
-
Het radiatief (op straling gebaseerd) broeikasgaseffect in het Hansenmodel is experimenteel ontkracht.
-
De CO2-concentratie is gesatureerd, een verdere CO2-stijging heeft dan nog weinig effect op de temperatuur.
-
Veel wetenschappers claimen dat CO2 eerder koelend werkt.
Intimidatie
De bedreiging met een catastrofale opwarming, veroorzaakt door de stijging van de CO2-concentratie is gebaseerd op onbetrouwbare IPCC-modellen en niet op de realiteit. De werkelijkheid is totaal anders.
-
De gemeten temperatuur volgt klimaatmodelvoorspellingen niet, zie grafiek van Christy in deel 1.
-
Het IPCC is er nog steeds niet in geslaagd experimenteel de correlatie tussen CO2 en temperatuur aan te tonen, het probleem is na-ijlen van de CO2-concentratie op de temperatuur. Het gebrek aan correlatie tussen temperatuur en CO2 is experimenteel overduidelijk op deze grafiek van Davis.
-
Het IPCC schrikt er niet voor terug om onwetenschappelijk naar buiten te treden (ook topmensen zoals Van Ypersele in MO), en te dreigen (Clerick) (zie religie deel 1).
-
Verwarring tussen weer en klimaat. Klimaat gaat over de totale aarde voor gemiddeld 30 jaar. De recente tropische dagen van augustus (weer) werden in de media gekoppeld aan klimaatverandering, terwijl op datzelfde ogenblik de gemiddelde temperatuur gemeten met satelliet lager was dan 2016 (El Ninjojaar) en 2017. Uit de literatuur blijkt dat Rusland voor de eerste keer in vier jaar ijsbrekers moest inzetten om de noordelijke doorgang vrij te maken. Een rapport uit China geeft aan dat een regio van het land al jaren afkoelt met daardoor het risico bestaat dat de landbouw opbrengsten met 20% zullen dalen. 90% van de Japanse meetstations geven al 20 jaar geen opwarming aan. NASA verklaart dat de geobserveerde smelting op de Zuidpool van vulkanische oorsprong is (“ring of fire”). Bemerk dat momenteel de Noordpool wel afsmelt terwijl het Zuidpoolijs aangroeit.
-
Censureren van de echte wetenschap. De media zijn niet neutraal en kiezen bijna onveranderlijk de kant van het IPCC, daarbij hard optredend tegen alternatieve standpunten. Zo heeft YOU TUBE beslist voor klimaatontkenners “informatiepanels” met links naar Wiki (niet altijd neutraal) toe te voegen. De BBC beveelt journalisten aan om zich aan de IPCC standpunten te houden en verwaarloost de problemen . Ook Twitter en Facebook zouden bepaalde personen weigeren. De VS (onder Trump) vormen hier een uitzondering, en laat DOE wetenschappers nu toe vrij te spreken. Ook de wetenschap zelf is het slachtoffer: McIntyre en McKitrick (M&M) hebben op een random reeks getallen aangetoond dat Mann’s wiskundige methode gedwongen een “hockey stick” oplevert. De correlatie tussen temperatuur en CO2 in het 2001 IPCC-rapport is twijfelachtig. De M&M-publicatie werd door Nature geweigerd
-
Overleg vermijden: bijvoorbeeld Van Ypersele weigerde een debat met collega Istvan Marko. Het is duidelijk waarom .
-
De legale weg wordt meer en meer bewandeld. Voor een gedreven politiek proces is dat niet heel verwonderlijk. Dit aspect wordt in deel 3 grondiger behandeld.
Wetenschappelijke ontkrachting van de IPCC-beweringen
Er zijn diverse studies die de temperatuur van de aarde berekenen zonder specifiek de CO2-concentratie in aanmerking te nemen, en dat met betere resultaten. Het IPCC verwaarloost die studies.
-
Het effect van CO2 op de temperatuur van de aarde heeft twee oorsprongen: de mechanische arbeid nodig om CO2 in de atmosfeer te brengen, en de thermische energieverandering als de CO2-toename erin slaagt meer warmte in de dampkring vast te houden. De som levert de CO2-klimaatgevoeligheid (temperatuurstijging bij verdubbeling van CO2).
Met klimaatgevoeligheid wordt concreet bedoeld: de temperatuursverandering die zou veroorzaakt worden door een verdubbeling van de CO2-concentratie, uitgaande van 300 ppmV.
Bijvoegen van CO2 kost mechanische arbeid, door druk-, volume- en densiteit-verandering. Dat is te berekenen met de universele gaswet (leerstof 16-18 jarigen), voor de eenvoud hier uitgevoerd voor constant volume en constante densiteit als extremen, de werkelijke waarde ligt tussenin, dit levert energie goed voor een temperatuurstijging in het eerste geval van zero en in het tweede 0,09°C bij 300 ppmV CO2 (ppmV: parts per million volume) toename. Holmes neemt andere vertrekpunten resulterend in -0,03°C.
Vertrekkend van metingen komt Dr Hug tot de conclusie dat stijging van de IR-absorptie bij verdubbeling van de CO2-concentratie (300 ppmV) 0,17% bedraagt. De temperatuursprong tussen de aarde met en zonder dampkring is 33 °C, het juiste aandeel van CO2 daaraan is onbekend (geschat op 20%). In het slechtste geval leidt dit tot een gevoeligheid van 0,056°C. De 20% geeft 0,011 °C. De som van de mechanische en thermische effecten levert als CO2-klimaatgevoeligheid 0,055 °C (0,09 tot 0,146) of 60 maal lager dan het IPCC aangeeft.
Deze lage waarden zijn wetenschappelijk niet verbazend en worden ook aangegeven in een aangevulde synthesegrafiek van Scafetta hieronder en ook hier. Deze geeft gepubliceerde klimaatgevoeligheidswaarden zoals die over de tijd geschat werden. We zien hier een dalende trend en we zijn al dicht in de buurt van zero aangekomen. Dit zegt in mensentaal dat CO2 nauwelijks invloed heeft.
Het is fascinerend om hier te zien hoe de sowieso altijd al wankele basis van de IPCC-argumentatie onder het voortschrijdend inzicht van de wetenschap letterlijk verkruimelt.
Als het IPCC de nieuwste schattingen voor de klimaatgevoeligheid tegenover CO2 in zijn modellen zou inbouwen, dan waren ook de temperatuurprognoses enigermate in overeenstemming met de gemeten waarden. Maar dat gaat natuurlijk niet gebeuren, want dan is er geen reden meer voor paniek, en dan wordt volgens Judith Curry het bestaan van het IPCC, samen met UNEP en UNNFCCC in vraag gesteld.
-
De temperatuur bepalen uit het evenwicht tussen ontvangen en afgegeven energie is mogelijk via een werkwijze gebaseerd op “dimensionele analyse” (v) door Nicolov en Zeller. De resultaten van deze werkwijze zijn extreem nauwkeurige op zes hemellichamen inclusief de aarde. Dit model kan eventueel gebruikt worden om de invloed van fluctuaties in de emissie van de zon, wolken en vulkanische effecten op de temperatuur te bestuderen. Deze piste is veel beloftevoller dan dat wat het IPCC ons probeert op te dringen.
De bovenstaande benaderingen tonen aan dat CO2 niet de bepalende factor is maar wel de totale druk, logisch omdat dit samenhangt met het aantal mogelijke botsingen tussen gasmoleculen en ingestraalde fotonen. Dit sluit ook aan bij de visie van Feynman.
-
In het IPCC-klimaatmodel is de koppeling van de temperatuur aan de CO2 concentratie gebaseerd op de Hansenredenering die vertrekt van de ijskern boringen: als de aarde op het dichtste punt bij de zon staat, veroorzaakt de warmte een ontgassing van CO2 uit de oceanen. Door de CO2-concentratie verhoging en het (ingebeelde) broeikasgaseffect ontstaat een temperatuurstijging die nog meer CO2 produceert zodat het proces zich oneindig kan herhalen. (Positieve terugkoppeling). Deze redenering is voor het IPCC de gedroomde theorie omdat ze suggereert dat het klimaat op hol kan slaan, volgens het IPCC en UNEP de echte reden waarom CO2 moet bestreden worden. Dit model is een mooi voorbeeld van consensuswetenschap: het is totaal fout en gebaseerd op omkering van oorzaak en gevolg (vi) en het volgt een cirkelredenering.
Het model negeert bovendien de zeer belangrijke waterdamp (vii).
-
Het IPCC 4-AR-rapport vermeldt dat indien de CO2-concentraties niet veranderen, (dit is gelijkwaardig met een zero CO2-gevoeligheid) een opwarming van 0,1°C per decade mag verwacht worden, IPCC5-AR geeft 0,78°C over 110 jaar, JMA 0,65°C/100jaar, de satelliet-metingen van de aardtemperatuur over een periode van 40 jaar vertonen een gemiddelde stijging van ca. 0,3 tot 0,4°C/40 jaar. Het besluit is dat de gemeten opwarming overeenstemt met de berekende waarde uit het IPCC-model bij CO2-klimaatgevoeligheid zero.
De FangZhi is een soort Chinese krant en ze is al duizenden jaren oud. Daaruit is de klimaatgeschiedenis in China af te lezen. We zien daar klimaatcycli ongeveer 50 jaar duren waarbij de cycli tussen noord en zuid China 180° in fase verschoven zijn. Dit wijst op lokale landwisselwerkingen (instabiliteiten?) warme en koude spots zijn inwisselbaar en vormen globaal een lange termijn evenwicht.
De visie van de echte klimaatwetenschapper
Er zijn weinig onderzoeken over de mening en de ervaringen van wetenschappers bekend. Een Duitse studie onder ca. 550 klimaatwetenschappers (dominant uit de USA en Duitsland) in 1996 en 2003 geeft een peiling rond klimaatopwarming. De opleiding was dominant meteorologie (50,35) {de cijfers tussen haakjes refereren naar percentages respectievelijk in 1996 en 2003} en fysica. De activiteit was hoofdzakelijk toepassing ( 67,63).
Op de vraag naar het meest urgente probleem staat bevolkingsdruk (50, 22) torenhoog op één, op de vierde plaats komt klimaatverandering (3, 5) en opwarming van de aarde met 2,6 op 6 in 1996 en op 10 in 2003. De bezorgdheid over het klimaat is bij wetenschappers dus globaal uiterst beperkt, tegengesteld aan de IPCC-visie. De bevolkingsaangroei is voor wetenschappers meer dan een grootteorde dringender dan de opwarming. Toch gaat de studie in op een honderdtal vragen waarvan de meest relevante getoond werden in onderstaande tabel en door de auteur genormeerd naar 100 voor sterk akkoord en nul voor niet-akkoord.
Duidelijk is dat wetenschappers weinig geconsulteerd worden en weinig geloof hechten aan wat in hun naam verteld en niet verteld wordt, dat klimaatmodellen zwak zijn, de door media gecreëerde perceptie groot is en hun aandacht voor feiten te laag. Het IPCC ligt maar rond 50%. Merkwaardig voor wetenschappers is dat bijna 2/3 van hen vindt dat de aandacht voor klimaat sceptici te groot is terwijl geen hoge waarden toegekend worden aan klimaatmodellen. In de tabel is waar mogelijk de spreiding aangegeven en deze daalt met stijgend akkoord, de eensgezindheid wordt groter met stijgend akkoord. Voor wetenschappers is klimaat een natuurlijk gegeven (vraag32)
Conclusies
Het IPCC is een politiek orgaan dat politieke doelen nastreeft. Wetenschappelijk heeft het voor zijn beweringen geen spatje bewijs. Integendeel: de aanwijzingen dat die beweringen gewoon wetenschappelijk fout zijn, groeien nog doorlopend aan.
Het IPCC blijft echter zeggen: er is geen twijfel mogelijk: “the science is settled”, alle belangrijke wetenschapsmensen zeggen dat. Vooral dat laatste zien wij heel anders. U kunt daarover zelf een beeld vormen door 75 minuten tijd te nemen om naar deze film te kijken. Hier vertellen vooraanstaande wetenschapsmensen hoe zij de situatie zien. We verwijzen hier ook naar de onlangs vrijgegeven documentaire “the uncertainty has settled”. (alluderend naar “science has settled”). Hier worden in 90 minuten rond klimaat, energie en landbouw, beide zijden belicht zonder stelling te nemen. Desondanks is deze uitstekende film op de korrel genomen en niet vertoond op de reguliere TV zenders.
Dr. ir. Eric Blondeel
Glossary
COP Conference of Parties.
CO2 Koolstof dioxide, een gas
CRU Climatic Research Unit behorende tot University of East Anglia (UEA)
CSIRO Commonwealth Scientific and Industrial Research Organisation.
Australischeoverheidsdienst.
DOE Department of Energy
FAO Food and Agriculture Organization van de VN
GGGI Global Green Growth Institute.
IPCC Intergovernemental Panel on Climate Change, opgericht door UNEP en WMO onder FAO en WHO, beiden afhangend van de VN
NASA National Aeronautics and SpaceAdministration van de VS
UNEP United Nations Environmental Programme) afhangend van de Verenigde Naties
UN FCCC United Nations framework Convention on Climate Change
WHO World Health Organisation: Wereldgezondheid organisatie van de Verenigde Naties
WIKI Wikipedia
WMO Wereld Meteorologische Organisatie onderdeel van VN
-
i Naar analogie met een broeikas is het IPCC-klimaatmodel gebaseerd op een aarde omgeven door een schil die de infrarood (IR) straling naar het heelal beperkt waardoor de aarde warm gehouden wordt. Samen met WIKI is dit model fout omdat het de fundamentele eigenschap van broeikassen negeert. Broeikasgassen zijn gassen met dipool overgangen actief in het IR-gebied. Ze zijn in staat een botsend IR foton (energiedeeltje) te absorberen en terug te stralen in een willekeurige richting waardoor 50% kans optreedt voor terugsturing richting aarde en dit vanop de plaats waar de CO2 zich bevindt. Aangezien de straling start aan het aardoppervlak gebeurt de terugstraling al vanaf het aardoppervlak. De “schil” rond het aardoppervlak in het IPCC-klimaatmodel negeert deze fundamentele eigenschappen van broeikasgassen.
Drie uitgevoerde experimenten onderzoeken diverse broeikas wanden met en zonder IR-transmissie en het effect op de binnentemperatuur, het vierde onderzoek levert een eerder negatief effect voor broeikasgassen in dubbel glas. Experimenteel heeft CO2 geen effect op de temperatuur.
-
ii Dr H. Hug heeft experimenteel de infrarode absorptie gemeten doorheen een gas (overeenkomend met de atmosferische samenstelling) in het CO2 infrarood absorptie gebied van 14 tot 16 µm golflengte. Het resultaat is dat bij een golflengte van 15 micrometer een 10m dikke luchtlaag de energiestraling met ca. 99,94 % reduceert.
-
iii Hier wordt gerefereerd naar de satelliet temperatuurmetingen die slechts beschikbaar zijn vanaf 1975, gekozen voor de betrouwbaarheid want de thermometer metingen zijn uiterst beperkt over zee (70% van het aardoppervlak) en zuidelijk Afrika, daarbij worden die onderworpen aan meerdere te verdedigen ”correcties”die echter niet altijd correct werden uitgevoerd (Climategate).
-
iv De atmosfeer bestaat voor 99% uit stikstof en zuurstof en ca. 0,7% water. CO2 is rond 400 ppmV ( deeltjes per miljoen), CO2 is een zwaar gas en vertoont de neiging uit te zakken naar de lagere luchtlagen. Waterdamp is tot ca. 80 maal meer aanwezig dan CO2 en heeft een breder IR absorptie spectrum, door verdamping voert het veel warmte af en heeft als vloeistof of ijs de mogelijkheid licht te weerkaatsen. Het effect van waterdamp op de warmtehuishouding van de aarde is daardoor honderden maal hoger dan CO2, toch krijgt het in het IPCC model slechts de rol van versterker voor CO2.
-
v Dit is een veel gebruikte techniek om ongekende relaties tussen variabelen vast te leggen. De techniek wordt gebruikt om dimensieloze uitdrukkingen te vormen waardoor de variabelen van het systeem gereduceerd worden. De techniek is gebaseerd op het feit dat in een vergelijking beide delen dimensioneel gelijk zijn.
-
vi Hansen negeert het na-ijlen van de CO2 concentratie op de temperatuur. In fysische systemen is het zo dat het gevolg altijd na de oorzaak optreedt wegens de aanwezige traagheid (de reden is dat energie moet aangevoerd worden), bijgevolg lokt een temperatuurverhoging de CO2 toename uit en niet omgekeerd. Hansen start de redenering correct, maar de tweede stap in de redenering dat CO2 een temperatuurstijging veroorzaakt die voorijlt op de CO2 is experimenteel aangetoond fout, wat tevens het op hol slaan van het klimaat via CO2 ontkracht als circulaire redenering. Literatuuronderzoek naar de staving van de Hansen theorie levert steevast een niet op wetenschap gebaseerd antwoord “de wetenschap heeft gesproken”, of “97% van de wetenschap ondersteunt dit”. Dit is de kern van de eerder besproken “consensuswetenschapMerkwaardig is het ontbreken van de dominante factoren in het debat, zo is 71% van het aardoppervlak water. Er is op aarde (in massa) 500 maal meer water dan lucht. De oceanen zijn verantwoordelijk voor 90% in de energiebalans. De atmosfeer is van minimaal belang in de warmtebalans en net dat is het waar IPCC en media het over hebben. Zonlicht dringt door in het zeewater oppervlak (vooral de hoogenergetische korte golven) waardoor de warmteopname efficiënt is, vooral rond de evenaar. Het is logisch dat de zeestromingen een dominante factor zijn in de klimaatontwikkeling, de warmteoverdracht naar de lucht kan enkel via convectie bij een lagere lucht temperatuur of verdamping via droge lucht bij hogere luchttemperatuur. Deze beperking van energiewissel maakt het op hol slaan van het klimaat praktisch onmogelijk. De zeestromingen worden gedomineerd door de temperatuurgradiënten, zijn extreem complex en tot heden nog niet goed gemodelleerd. Hoe kan men dan voorspellingen maken voor 100 jaar?“ hier gebaseerd op het veelvuldig voorkomend fenomeen van wetenschappelijke onzorgvuldigheid: het verwisselen van oorzaak en gevolg en het gebrek aan kritisch denken.
-
vii Merkwaardig is het ontbreken van de dominante factoren in het debat, zo is 71% van het aardoppervlak water. Er is op aarde (in massa) 500 maal meer water dan lucht. De oceanen zijn verantwoordelijk voor 90% in de energiebalans. De atmosfeer is van minimaal belang in de warmtebalans en net dat is het waar IPCC en media het over hebben. Zonlicht dringt door in het zeewater oppervlak (vooral de hoogenergetische korte golven) waardoor de warmteopname efficiënt is, vooral rond de evenaar. Het is logisch dat de zeestromingen een dominante factor zijn in de klimaatontwikkeling, de warmteoverdracht naar de lucht kan enkel via convectie bij een lagere lucht temperatuur of verdamping via droge lucht bij hogere luchttemperatuur. Deze beperking van energiewissel maakt het op hol slaan van het klimaat praktisch onmogelijk. De zeestromingen worden gedomineerd door de temperatuurgradiënten, zijn extreem complex en tot heden nog niet goed gemodelleerd. Hoe kan men dan voorspellingen maken voor 100 jaar?